Zo’n vier à vijf Nederlandse bloemenexporteurs tonen interesse in handel met het Zuidoost-Aziatische Myanmar, vroeger bekend als Birma. Dat bleek vorige week tijdens het seminar ’Kansen bloemensector in Myanmar’, georganiseerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Daarnaast opent een Nederlands consortium volgende week een demonstratiekas in het Zuidoost-Aziatische land.
Myanmar zwichtte decennialang onder een militair regime dat de grenzen potdicht hield. In 2011 kwam er, na aanhoudende protesten, formeel een eind aan het militaire bestuur, waarna een democratisch parlement werd geïnstalleerd. Het land staat sindsdien meer open voor buitenlandse handel.
De snijbloemenproductie staat in Myanmar nog in de kinderschoenen. Het land telt ruim duizend telers met enkel openteeltbedrijven van hooguit 0,25 ha groot. Het totale snijbloemenareaal wordt volgens RVO geschat op 15.000 tot 30.000 ha. Myanmar kent gunstige klimatologische omstandigheden.
Demonstratiekas
Op 2 mei opent een Nederlands bedrijvenconsortium een demonstratiekas van 3.000 m2 in Heho, in de oostelijk gelegen staat Shan in Myanmar. In de kas worden Nederlandse systemen en oplossingen voor de tuinbouw gedemonstreerd. Tuinders uit de regio krijgen er training van Nederlandse tuinbouwexperts. Sinds 2015 heeft het consortium – bestaande uit: Larive International, Rijk Zwaan, Koppert, Priva, VEK Adviesgroep en DLV GreenQ – geïnvesteerd in het versterken van de Myanmareze tuinbouw. De kas, die deels met Duits ontwikkelingsgeld is gebouwd, levert inmiddels tuinbouwproducten als paprika, tomaat en komkommer aan City Mart, de grootste supermarktketen van het land.
Lees meer over Myanmar in de nieuwe Bloemisterij die op zaterdag 28 april verschijnt.