Kip, ik heb je

Bab Star ging op bezoek bij de Rijnsburgse kwekerij Lilies of Life waar de derde generatie neven aan het roer staat. Zij hebben zich gespecialiseerd in bijzondere soorten lelies die ze zo biologisch mogelijk telen. Gerben Ravensbergen heeft een logische en doeltreffende manier van denken en durft zijn ideeën ook uit te proberen.

Van oudsher was en is het de gewoonte om de grond in de kassen jaarlijks een keer te ontsmetten, waarbij soms zware middelen worden ingezet. Door te verhitten met stoom of met milieubelastende middelen worden de aaltjes, schimmels en andere ziekten te lijf gegaan. De visie van Gerben is helder: ‘Bloemen en planten hebben geen voeten en als het ze op een plek niet bevalt, kunnen ze zich niet verplaatsen. Dus: of ze gaan dood of ze staan honderd jaren op dezelfde plek. Dus: niks ontsmetten, we hebben de goede en de slechte bacteriën nodig voor een goed biologisch evenwicht. Als we de plant de juiste hoeveelheid licht en de goede luchtvochtigheid geven, dan gaat het prima!
Tijdens het klaarmaken van de grond voor nieuwe aanplant geven we zelfs extra bacteriën en schimmels mee. Prachtig als de natuur zijn gang kan gaan. Zeker na de ontdekking van natuurlijke onkruidbestrijders die elke meter grond in de kas omwoelen op zoek naar onkruid en wormpjes. Het omwoelen zorgt voor lucht in de grond en ik hoef niet meer te spuiten tegen onkruid.’ Ruim zestig kippen van onder meer de Stichting ‘Red een legkip van de slacht’ lopen kakelend door de kas. Vol trots pakt Gerben een ei uit de boskar, dat nog warm is: ‘Kijk, en lekkere verse eitjes toe!’

1 van 14

Nieuwe soorten uitproberen

De neven zijn jaarlijks bezig met het uitproberen van nieuwe soorten en kleuren lelies. Tien soorten bepalen 80% van het aantal dat geteeld wordt. De andere 20% wordt opgedeeld in 75 cultivars die in kleine hoeveelheden worden uitgezet. Zo zijn er specifieke lelielijnen ontstaan waar kwekerij Lilies of Life zich goed mee kan onderscheiden.

• Zo is er de Latino-lijn. De verschillende kleuren van deze lelies hebben allemaal een donker hart waardoor ze echt opvallen.
• De Double-lijn heeft diverse kleuren met dubbele bloemen. Deze zijn ook nog eens stuifmeelvrij want de meeldraden zijn vergroeid tot bloemblaadjes.
• De Eyeliner: een mooie witte lelie met een onderscheidend donker randje om de bloemblaadjes.
• En de Cocotte-lijn: een heel bijzonder botanisch ras met minibloemen in een mooie langwerpige tros, verkrijgbaar in drie kleuren en alledrie zonder stuifmeel.

Trots vertelt Gerben dat alle rassen absoluut niet geuren dus zijn ze heel geschikt voor bloemenabonnementen op bijvoorbeeld kantoren.

Teeltwijze

Lelies zijn echte voorjaarsbloemen en net als tulpen hebben ze een bol. Ze gaan bloeien als de dagen langer worden. De bollen worden buiten geteeld en in oktober geoogst, gespoeld en op maat gesorteerd. Goede bollen hebben maat 16-18 (deze maat staat voor de omtrek van de bol). Kwekerij Lilies of Life koopt in oktober in één keer alle bollen voor het hele jaar in. Een enorm aantal waarvoor een zeer gedetailleerde teeltplanning noodzakelijk is. De bollen worden tussen het turfmolm, in geperforeerde zakken ingevroren op -2°C.

Na het poten van de bollen duurt het 8 tot 10 weken voordat de lelies kunnen worden geoogst. Hiervoor moeten de kwekers wel zorgen dat, als de dagen weer korter worden, er genoeg wordt bijgelicht zodat de bollen altijd denken dat het voorjaar is. Na de oogst worden de lelies voorbehandeld met BVB van Chrysal, dat voor een betere bloei en houdbaarheid zorgt. Enkele dagen bewaren in de koelcel heeft nagenoeg geen invloed op de houdbaarheid.

Consumenten mogen tien dagen vaasleven verwachten; hogere temperaturen halen daar wat van af, met lagere temperaturen staan ze langer. Snijbloemenvoeding voor bolbloemen of normale voeding is belangrijk. Let wel: geen fruit in de buurt, want lelies zijn gevoelig voor ethyleen.

Tekst: Bab Star | Foto: Bab Star en Fotostudio GJ Vlekke