Op producten uit de gehele sierteeltsector zou het hoge btw-tarief moeten gelden. Dat stellen Tweede Kamerleden Lammert van Raan en Leonie Vestering (Partij voor de Dieren) in Kamervragen over de sector. De Kamerleden richten zich tot de demissionaire bewindslieden Schouten (minister van LNV) en Vijlbrief (staatssecretaris van Fiscaliteit en Belastingdienst).
Van Raan en Vestering vragen aan Schouten en Vijlbrief onder meer of de bewindslieden onderschrijven dat het sierteeltareaal de laatste decennia is toegenomen. Dat heeft volgens de Kamerleden ook een verhoogde hoeveelheid gespoten gif per hectare grond in Nederland veroorzaakt. Dat op sierteelt het lage btw-tarief geldt, is volgens Van Raan en Vestering alleen maar uit te leggen als een financiële stimulans voor de sector.
‘Laag btw-tarief sierteelt onnodig’
Aangezien de sierteelt een buitengewoon goed 2020 achter de rug heeft, is dat volgens de PvdD’ers nergens voor nodig. Bovendien zit het hen dwars dat de sierteelt volgens hen vervuilt „en ruimtelijk groeit, maar niet bijdraagt aan de voedselzekerheid.” Ze verzoeken de bewindspersonen dan ook om met ingang van de volgende LNV-begroting weer 21% btw te rekenen op bloemen, planten en bomen.
Minder inzetten op arbeidskrachten
Daarnaast vragen de Kamerleden of hun idee van een groot aandeel arbeidsmigranten in de sierteeltsector correct is. „Zo ja, kunt u erop reflecteren of dit de werkgelegenheid is die u wilt stimuleren?” leggen ze Schouten en Vijlbrief voor. De PvdD-Kamerleden stellen dat LTO Nederland juist heeft geadviseerd om minder afhankelijk te worden van arbeidskrachten door in te zetten op robotisering.