Net als vorige edities is ook dit jaar atalanta de meest getelde vlinder tijdens de Nationale Tuinvlindertelling. Van de deelnemers telde 87% één of meer atalanta’s. De dagpauwoog eindigde op nummer 2 en werd door 71% van de mensen gezien, het klein koolwitje werd derde.
Waren er vorig jaar grote lokale verschillen, in 2021 traden deze niet op. Overal in het land waren vlinders te zien. De koninginnenpage werd zoals gebruikelijk vooral beneden de rivieren waargenomen. Deze vlinder is in de zuidelijke provincies altijd talrijker dan in het noorden. De citroenvlinder was in het oosten talrijker dan in het noorden.
Goed jaar
De hoge aantallen vlinders van de afgelopen week stemden veel mensen positief. In vergelijking met de afgelopen jaren is dat terecht: de algemene tuinvlinders hebben na een aantal barre jaren met veel droogte eindelijk weer een goed jaar.
Maar als we wat verder teruggaan en vergelijken met de periode 2011-2020, zien we nog steeds een daling. Het aantal vlinders gaat langzaam maar zeker achteruit. En al zijn er dit jaar veel tuinvlinders, het is nog niet duidelijk hoe het gaat met de zeldzamere soorten die sterker bedreigd zijn.