‘Hey Coen, ik ben je helemaal vergeten te bellen over het aanbod voor aankomende week. Maar je zit in de actie, dus ik heb morgen wel een bestelling voor je.’ ’Prima, ik hoopte er toch al een beetje op, hoeveel verwacht je dat het wordt?’ ’Ik denk niet zo heel veel, karretje of 10 verdeeld over morgenavond leveren, en een beetje na het weekend.’ ’Prima, ga ik regelen!’
Heerlijk, de lange winter is voorbij. Of ja, er lijkt eindelijk een eind te komen aan de herfst. Mijn plantjes groeien al heel behoorlijk, maar heel veel vrij aanbod heb ik eerlijk gezegd nog niet. Dat duurt nog twee à drie weken. Dus dan is het lekker als je rustig op kunt starten met de bestellingen. Kom je er vast wat in. Een beetje warmlopen voor de start is, zeker op mijn leeftijd, echt aan te bevelen.
Dus open ik ’s morgens mijn mail en verwacht een bestelling. Er staat niets in, da’s best vreemd. Maar oké, de klant heeft gebeld, dus tref ik vast voorbereidingen om de order klaar te maken. Karren bouwen, planten uit de kas halen en aan de menglijn zetten. We beginnen alvast maar een beetje op de gok van hoeveel het wordt.
Om een uur of 9 voel ik mijn telefoon trillen. Ik open de mail, en focus op de kleine cijfertjes van de bestelling. Zie ik dat goed? Voor de zekerheid loop ik naar mijn pc om het document groot te openen. Ik zag het goed, een volle vrachtwagen. Vanavond leveren. En dan komen er ook nog bestellingen na het weekend. Tja, nee zeggen is geen optie, dus we schieten koud uit de startblokken.
We mengen met zijn allen ineens de hele dag, en nog een beetje langer. Het overige werk moet maar wachten. En eerlijk is eerlijk, het voelt roestig ’s avonds. Alsof je koud begonnen bent aan een sprintmarathon, het middenstuk hebt gedaan op ervaring en het eind op je tandvlees. Maar we hebben het volbracht, een volle vrachtwagen met 8 cm potjes is op weg naar de klant.
Dit was de eerste order weer en opwarmen was er niet bij. Gisteren kwam ik met spierpijn op het werk, maar het zal komende weken beter worden. Laat de orders maar komen, het is er de tijd voor. Volgende winter koelen we misschien wel weer genoeg af.