Minister Melanie Schultz van Infrastructuur en Milieu (I&M) moet voorlopig geen grote ingrepen in het watersysteem goedkeuren, maar eerst de verzilting een halt toeroepen die de zoetwatervoorziening bedreigt van de land- en tuinbouw in het westen van Nederland. Met die oproep trekt LTO Noord aan de bel bij de bewindsvrouw.
De verzilting leidt volgens Kees Stoop, provinciaal bestuurder bij LTO Noord-Holland, vooral tot grote schade aan gewassen in kapitaalintensieve teelten, zoals de sier-, bollen-, boom- en groententeelt in het westen. „Juist deze teelten hebben een hoge economische potentie en leveren een aanzienlijke bijdrage aan de totale exportwaarde van de agrarische sector. Jaarlijks levert de export door de Nederlandse landbouw een bedrag van € 84 miljard op. Verzilting van de gebieden in het westen raakt de sector daarom in het hart!”.
De toenemende verzilting speelt vanwege de bodemdaling en zeespiegelstijging, vanwege het zout uit de diepere grondlagen en minder zoetwateraanvoer door klimaatverandering. Zorgpunt is volgens voorzitter Arie Verhorst van het provinciaal bestuur Zuid-Holland dat Rijkswaterstaat tegelijkertijd grootschalige ingrepen in het hoofdwatersysteem toestaat, zoals het uitdiepen van de Nieuwe Waterweg, het verbreden van de zeesluizen bij IJmuiden, het aanleggen van de Kooyhaven bij Den Helder en het op een kier zetten van de Haringvlietsluizen. „Deze ingrepen dragen nog verder bij aan de verzilting van het systeem én de zoetwaterbuffers, die we hard nodig hebben.”
Sluizen in Nieuwe Waterweg
LTO Noord vindt dat Schultz mogelijke oplossingen, zoals het plan om sluizen in de Nieuwe Waterweg aan te leggen, onvoldoende heeft onderzocht of in de ijskast heeft gezet omdat ze te duur waren. Zonder zulke maatregelen is de inzet van de waterschappen volgens LTO Noord echter onvoldoende om klimaatinvloeden te kunnen opvangen.