Bomen hebben diverse wortelstrategieën die zij kunnen toepassen in verschillende omgevingen. Dat stelt wetenschapper Monique Weemstra in haar promotie-onderzoek aan de Wageningen Universiteit.
Weemstra stelt vast dat de rol van wortels in de groei van bomen complex is. Er is niet één type dikke of dunne wortel dat een snelle groei veroorzaakt. Meer onderzoek van deze diverse strategieën is dan ook nodig om de groei van bomen beter te begrijpen.
Boomwortels moeten zich handhaven in een zeer uitdagende bodemomgeving. Ze moeten kunnen omgaan met chemische, mogelijk schadelijke stoffen in de bodem, en met dichte bodems die veel druk uitoefenen op de wortels. Daarnaast varieert de beschikbaarheid van water en nutriënten. Bomen moeten hun wortels daarom kunnen aanpassen aan de voedingsstoffen die zij het meest nodig hebben.
Dunne, snelgroeiende wortels zijn bijvoorbeeld geschikter om immobiele nutriënten op te sporen en op te nemen dan dikke wortels die langzaam groeien. Dikke wortels kunnen echter beter bestand zijn tegen droogte en kunnen beter groeien in compacte bodems. Daarnaast kunnen wortels samenwerkingen aangaan met schimmels, die heel efficiënt voedingsstoffen uit de bodem opnemen en deze ruilen voor suikers die de boom heeft geproduceerd. Deze symbiotische strategie kan voordelig zijn voor bomen die zelf niet zulke efficiënte wortels vormen.
