Het verhaal staat al een paar weken in mijn geheugen gegrift: 11-jarig meisje uit Gambia dat als enige van haar familie levend uit de Middellandse zee is gered.
In Gambia had ze een ‘gewoon’ miserabel Afrikaans leven. Toch besloten haar ouders de sprong naar Europa te wagen. Nadat ze vierduizend kilometer door de woestijn naar Libië waren gereisd had haar vader extra geld betaald voor het meisje en haar oudere zus, opdat ze de oversteek naar Italië aan dek van de wankele boot konden maken, in plaats van opgesloten in het vooronder, zoals hij, zijn vrouw en het jongste broertje. Toen de zuurstof bijna op was, hadden de vierhonderd opgeslotene geprobeerd de gebarricadeerde uitgang open te breken. Daardoor was de boot uit evenwicht geraakt en gekapseisd. Het meisje was door het oudere zusje met de kracht der wanhoop met haar hoofd boven water gehouden tot een schip van de Italiaanse marine ze kwam redden. Te laat voor het oudere zusje.
Hoveniers zijn meestal nuchtere mensen. Die zijn niet zo snel van hun stuk te brengen. Dat zie je terug in ons aller vakblad. Tuin en Landschap schrijft al sinds mensenheugenis over de nieuwste grasmaaimachine en de zoveelste Hosta. Niks mis mee. Daar is een vakblad voor. Vijftien jaar geleden vond ik dat daar iets aan toegevoegd moest worden. Ik wilde stukjes schrijven over wat die hoveniers bezig houdt. „Ga je gang” zei toenmalig hoofdredacteur Ed Asscheman. En nu, vijftien jaar later schrijf ik ze nog steeds. Nooit is een stukje geweigerd. Over de dood van mijn vader heb ik geschreven, over de invloed van extreem rechts, over het Sinterklaascadeau van mijn zoon. Alles werd zonder commentaar geplaatst. Tot vorige week. Onder het motto ‘Zitten onze lezers hier op te wachten?’ werd bovenstaand stukje geweigerd.
(…)
Beste redactie Tuin en Landschap, ik begrijp uw reactie. Toch denk ik dat het verhaal verteld moet worden. Dit houdt mij bezig! Dit houdt ons bezig! Tommy Wieringa schreef: „Als dit zieltogende continent, aan het einde van al haar dromen, ook maar een handvol van hun hoop en onverschrokkenheid zou hebben, een theelepel van de drieste moed en doodsverachting waarmee zij zich inscheepten: we noemden het lente.”
Waarvan akte.